Voordat we beginnen met het zetten van koffie, is het erg belangrijk om te controleren dat alles op temperatuur is. Je halfautomaat espressomachine presteert het best tussen de 92°C en 95°C. Zorg er verder voor dat ook je espressokopjes zijn voorverwarmd en dat de filterdrager op temperatuur is. Bevestig deze daarvoor in de zetgroep.
Stap #2: Filterdrager voorbereiden
De filterdrager is een enorm belangrijk onderdeel van de pistonmachine. Hier vullen we immers de gemalen koffiebonen, en komt het in aanraking met het water. Daarom is het van belang dat de filterdrager schoon is. Maak deze schoon met een droge doek, om eventuele koffieresten te verwijderen. Ook is het belangrijk dat de filterdrager droog is, anders zal het water sneller door de filterdrager lopen. Dit resulteert in niet gelijkmatig geëxtraheerde koffie, en dat doet de smaak niet ten goede.
Stap #3: Bonen malen en filterdrager vullen
Nu de filterdrager schoon en droog is, wordt het tijd om deze te gaan vullen met versgemalen bonen. Gebruik een bonenmaler om een fijne espressomaling te krijgen. De fijngemalen bonen wil je zo snel mogelijk in de filterdrager stoppen, om te voorkomen dat aroma’s vervliegen. Sommige bonenmalers zijn daarom zo gemaakt dat de bonen meteen in de filterdrager worden opgevangen. Verder is het van belang hoe je de maling afstelt. Smaakt de espresso niet goed? Speel dan met je maling door grover of fijner te malen.
Stap #4: Wegen en verdelen
Het is slim om vooraf te wegen hoeveel koffie je in de filterdrager vult. Zo weet je of je nog koffie moet bijvullen tot je ideale hoeveelheid. Voor één espresso heb je zo’n 20 gram gemalen koffie nodig en 40 ml water. De brew ratio is zodoende 1 op 2. Hier kan je natuurlijk vanaf wijken en mee experimenteren. Misschien smaakt jouw espresso wel beter bij een andere verdeling.
Als je de juiste hoeveelheid gemalen koffie hebt, dan is het van belang om de koffie gelijk te verdelen over de filterdrager. Gebruik je wijsvinger om richting het midden de koffie glad te strijken. Doe dit vanuit verschillende hoeken, totdat de koffie egaal verdeeld over de drager is.
Stap #5: Tampen
Tampen met een tamper? Absoluut! Een tamper is een onmisbare tool voor iedereen met een pistonmachine. De tool bestaat uit een handvat met daaronder een verzwaarde, ronde schijf. Hiermee druk je de gemalen koffie aan. Belangrijk: zorg ervoor dat je de tamper recht in de filterdrager en dus recht op de koffie plaatst. Vervolgens ga je gelijkmatig en stevig de koffie recht naar beneden aandrukken, zodat er een compact geheel ontstaat. Hierdoor zal het water gemakkelijker door de filterdrager stromen, wat weer helpt bij de extractie van smaak.
Ook goed om te weten, de ideale druk van de tamper op de koffie is ongeveer 9 kilogram. Met een weegschaal kan je vooraf deze druk oefenen.
Nu de koffie is aangedrukt met de tamper, moet je nog even controleren op koffieresten op de randen van de filterdrager. Verwijder dit met je duim en wijsvinger. Doe je dat niet, dan kan het zijn dat de koffieresten ervoor zorgen dat de filterdrager niet goed in de pistonmachine past.
Stap #6: Voorspoelen
Voordat je de filterdrager met fijngemalen koffie in de machine kan plaatsen, moet eerst worden voorgespoeld. Hiervoor start je de watertoevoer. Laat het water ongeveer twee seconden stromen, hiermee verwijder je oude koffieresten die de smaak van je koffie weer nadelig kunnen beïnvloeden.
Maak het eventuele rooster waar de koffiekopjes op komen te staan meteen even droog met een doek.
Stap #7: Espresso zetten en doorloopfasen
Alles is klaar om espresso te gaan zetten! Draai de filterdrager in de machine en start meteen de watertoevoer. Zo voorkom je dat de koffie te heet wordt of zelfs verbrand. Nu de watertoevoer start is het ook handig om kopjes onder je filterdrager te zetten.
Het water wordt nu door de gemalen koffie geperst en stroomt langzaam in de kopjes. Dit gebeurt in drie fasen. Eerst krijg je een dunne straal die erg dik en stroperig is. Dit heeft qua structuur veel weg van honing. Daarna volgt de tussenfase, waarin de straal sneller, wijder en iets lichter van kleur wordt. In de laatste fase is de straal helder en begint het waterachtig te worden. De kleur wordt ook lichter. Op dit moment wil je de watertoevoer stoppen.
Stap #8: Watertoevoer stoppen
Het duurt ongeveer 23 tot 30 seconden van het starten van de watertoevoer, tot het stoppen van de watertoevoer. Je stopt zodra de straal lichter wordt. Dit is namelijk het teken dat de koffie zo goed als op is. Je hebt de smaken geëxtraheerd, wat nu nog bij de espresso komt maakt de koffie slapper. De doorlooptijd is een belangrijke maatstaaf voor de kwaliteit van de gezette espresso.
Stap #9: Genieten van de espresso
De espresso is gezet, tijd om te genieten. Voordat je begint met drinken is het belangrijk om de espresso even te walsen. Walsen is het voorzichtig ronddraaien van het kopje, zoals je ook wel met wijn doet. Het walsen zorgt ervoor dat de espresso egaal wordt en de uitkomsten van de drie doorloopfasen goed worden gemixt.
Neem vervolgens even de tijd om de espresso te ruiken. De geur vertelt je namelijk veel over het resultaat. Geniet van je espresso!
En daarna is het belangrijk om je filterdrager schoon te maken. Je kan deze uitkloppen in een uitklopbak en vervolgens afspoelen met water. Vergeet ook niet om de filterdrager te drogen met een schone doek. Koffie bevat namelijk oliën, die je espressomachine kunnen aantasten. Het is daarom erg belangrijk om deze goed schoon te houden.